AOW-leeftijd in stapjes omhoog

Het zal u niet zijn ontgaan; de AOW-leeftijd gaat omhoog vanaf 2013. Dan krijgen Nederlanders die dat jaar 65 worden, één maand later recht op AOW, in 2014 weer één maand later en in 2015 nog eens één maand later. In 2016, 2017 en 2018 stijgt de AOW-leeftijd jaarlijks verder met twee maanden; daarna met drie maanden. In 2023 is de AOW-gerechtigde leeftijd dan 67 jaar. Daarna wordt de AOW-leeftijd aan de levensverwachting gekoppeld.

Naast deze wijzigingen in de AOW, wordt de zogenaamde fiscale pensioenrichtleeftijd (de leeftijd waarvoor fiscale voorzieningen zijn getroffen) in één keer verhoogd naar 67 jaar per 1 januari 2014. Daarnaast worden de maximum opbouwpercentages voor middelloonregelingen (naar 2,15% per jaar) en voor eindloonregelingen (naar 1,9% per jaar) en het kader voor beschikbare premieregelingen aangepast. Ook het 40 deelnemersjaren pensioen verandert mee met het fiscale kader. Overigens blijven de tot 2014 opgebouwde pensioenen gebaseerd op het huidige fiscale kader.

Wat zijn zoal de effecten van deze wijzigingen?
Het is waarschijnlijk dat op grond van de nieuwe wetgeving CAO’s en/ of individuele arbeidsovereenkomsten/ pensioenregelingen dienen te worden gewijzigd. Zowel ten aanzien van de fiscale kaders als ten aanzien van het functioneel leeftijdsontslag. Indien in de huidige (collectieve) arbeidsovereenkomst is bepaald dat de arbeidsovereenkomst eindigt bij het bereiken van de 65- jarige leeftijd, is twijfelachtig of op deze clausule vanaf 2013 nog wel een beroep kan worden gedaan.

De werkgever zal met zijn werknemers (OR, vakbonden en individuele deelnemers) overeenstemming moeten bereiken over een nieuwe pensioenregeling. Het is immers niet mogelijk de arbeidsvoorwaarden, waaronder pensioen valt, eenzijdig te wijzigen. De OR of vakbond zal moeten instemmen met de wijziging, althans voor hem zal veelal een belangrijke rol in het wijzigingstraject zijn weggelegd.

De wijzigingen hebben als gevolg dat de pensioenlasten van de werkgevers dalen. Over de verdeling van deze vrijval van pensioenpremie zullen werkgevers en werknemers het ook eens moeten worden.

Voor uitkeringsgerechtigden wordt geregeld dat de sociale uitkeringen, zoals WW en WIA, pas zullen eindigen op de dag dat het recht op een AOW- uitkering ingaat. De sociale zekerheidswetten zullen hierop nog worden aangepast.

 

Specialisme